Amsterdam – De Raad van State heeft op 28 oktober 2020 bepaald dat een 55-jarige Amsterdammer met ernstige gezondheidsklachten recht heeft op een urgentieverklaring voor een zelfstandige woning. Dit nadat de gemeente Amsterdam zijn aanvraag had afgewezen. De man werd in deze zaak bijgestaan door advocaat Thomas Vetter.
De zaak draaide om de vraag of de man, die te kampen heeft met psychische en lichamelijke problemen, zelfstandig zou kunnen wonen. De gemeente stelde dat hij beter af zou zijn in een zorgwoning en wees zijn urgentieaanvraag af. De rechtbank Amsterdam vernietigde dat besluit eind 2019, maar de gemeente ging in hoger beroep. De Raad van State bevestigde uiteindelijk dat de gemeente onvoldoende had onderbouwd waarom een zorgwoning noodzakelijk zou zijn en verplichtte de gemeente om alsnog een urgentieverklaring af te geven (ECLI:NL:RVS:2020:2577).
De uitspraak benadrukt het belang van maatwerk bij urgentieverklaringen, zeker voor mensen met een kwetsbare gezondheid. Dankzij de volharding van de man en de juridische ondersteuning van Thomas Vetter kan hij nu verhuizen naar een woning die beter aansluit bij zijn behoeften.