Onlangs werd ons kantoor geconfronteerd met een slachtoffer van een geweldsmisdrijf. Hij was werkzaam als ZZP’er en raakte arbeidsongeschikt als gevolg van een roofoverval. Omdat hij geen arbeidsongeschiktheidsverzekering had, kwam hij in de bijstand terecht. Nadat hij van het Schadefonds Geweldsmisdrijven een uitkering ontving in verband met verlies aan inkomen, welke uitkering gemaximeerd was op EUR 125,00 per week, werd deze volledig afgetrokken van de bijstandsuitkering. Het slachtoffer bleef zitten met de inkomensschade en werd op geen enkele wijze gecompenseerd.
Tegen deze aftrek is een procedure gevoerd tegen de gemeente Amsterdam. Daarbij is de rechtbank Amsterdam gewezen op de totstandkomingsgeschiedenis van de Wet schadefonds geweldsmisdrijven. Uit de MvT uit 1972 blijkt dat het volgende hierover is geschreven:
"Voor zover in concreto grond bestaat voor een uitkering zowel krachtens de ene als overeenkomstig de andere regeling -hetgeen met name het geval kan zijn bij derving van inkomsten ten gevolge van een geweldsdelict- zal in overleg tussen het fonds en het bij de zaak betrokken gemeentebestuur moeten worden beslist. Doel van het overleg dient dan te zijn enerzijds een dubbele compensatie te voorkomen, maar anderzijds ook te vermijden dat het slachtoffer in het geheel geen baat heeft bij de uitkering uit het fonds doordat deze volledig in mindering wordt gebracht op de bijstand (memorie van toelichting, Kamerstukken II 1972/73, 12131, nr. 3, p. 7)."
Het beroep is ongegrond verklaard en het door de wetgever bedoelde overleg tussen de gemeente Amsterdam en het Schadefonds Geweldsmisdrijven heeft nimmer plaatsgevonden.
In Nederland hebben we inmiddels méér dan 800.000 ZZP’ers, die voor het merendeel onverzekerd zijn tegen arbeidsongeschiktheid. Het deel daarvan dat arbeidsongeschikt raakt als gevolg van een geweldsmisdrijf, blijft achter met de schade. Dit is een onwenselijke situatie en de overheid zou hiertegen iets moeten doen.
We hebben hoger beroep ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep.
Thomas Vetter